Stripmunk 14/ aug-okt '24

DE WERELD DRAAIT DOOR ‣ EEN KIND VAN KLEI schappelijke uitgaven). We studeerden in Finland en liepen stage als archeo- logisch tekenaar voor opgravingen in Egypte en Turkije. Plasman Maar als illustrator in Vlaanderen je eigen weg zoeken, dat lijkt me op zijn minst een uitdaging. In die eerste jaren tekende ik in de ‘klassieke’, dienende rol. Toch werden mijn tekeningen opgemerkt omdat ik erin slaagde moeilijke thema’s luchtig te maken. Daarna begon ik te experi- menteren. Achteraf bekeken heb ik dat in mijn opleiding te weinig gedaan. Ik maakte collages, schilderde op groot formaat, speelde met stileringen en composities. Door de jaren heen groei- de dat uit tot een herkenbare, consis- tente stijl. Gaandeweg groeide ook mijn rol als verteller. Die kwam helemaal tot bloei toen ik Jaap Robben leerde kennen. We bedachten samen verhalen zoals de prentenroman De Zuurtjes , onze reeks over Suzie Ruzie en het prentenboek Plasman . We hebben veel van elkaar geleerd, zowel literair als op menselijk vlak. Ondertussen gaan we elk onze eigen weg, maar de vriendschap blijft. Benny B Je zette een volgende stap. Ik begon mijn verhalen zelf te schrij- ven. Het zelfvertrouwen als schrijver haalde ik uit mijn muziek: ik maak al ja- ren ironische schlagers als het persona- ge ‘Benny B, de Heiland van het Vlaamse Levenslied’ (onder die naam te vinden op Spotify en YouTube). Benny is een gefrustreerde, conservatieve en zelfin- genomen charmezanger – alles wat ik niet hoop te zijn. Het is heerlijk om te denken vanuit een personage dat ver van je af staat. Elk lied is een verhaal op zich, met een plot en een clou. Als ik op die manier verhalen kan schrijven, moet dat voor een boek toch ook lukken, dacht ik. Dus begon ik aan De Blauwen tegen de Rooien , een echt ridderprentenboek, dat ik met een vierkleurenbalpen tekende. Het werd enthousiast ontvangen door pers en pu- bliek. En toen kreeg ik, ergens in 2017, dat idee over een wereld van klei … En zo komen we tot Een kind van klei . Waarom heb je gekozen voor een graphic novel als format om je verhaal te vertellen? De graphic novel heeft mij gekozen. Een goed idee of verhaal zoekt altijd zijn eigen weg en vorm – ik pas me aan. Ik zoek de juiste stijl en verteltoon. Een idee kan alles worden: een boek, een liedje, een houten beeldje … Als je probeert een goed idee in een pasvorm te duwen, wordt het nooit goed. Elk idee heeft zijn eigen traject, zijn eigen handleiding. Die moet je telkens vanaf nul ontdekken. Dat vind ik het mooiste aan mijn vak. Verdriet Moest je lang zoeken naar een grafische stijl waarbinnen je het verhaal wou vertellen? Zeker! Mijn kinderboeken beginnen meestal met een grappig idee. Daar past een humoristische stijl bij. Een kind van klei vertrekt vanuit verdriet, dat vraagt dus om een andere benadering. Mijn eerste schetsen voor Een kind van klei tekende ik in een stijl die dicht aan- leunt bij mijn kinderboeken. Ik voelde al snel dat zoiets niet paste. Het was een zoektocht om de juiste toon te vinden. In het boek zijn er twee verschillende werelden: de echte wereld en een fanta- siewereld van klei. Ik tekende ze eerst in dezelfde stijl, alleen het kleurenpalet was verschillend. Na een tijd merkte ik dat het verhaal sterker werd als beide werelden con- trasteren. Ik begon de wereld van Ben en Mina realistischer te tekenen. Die realistische, kribbelige stijl leunt aan bij de waarnemingstekeningen in mijn schetsboeken. En al was het soms vloe- ken op anatomie en perspectief, ik had er wel veel plezier in. Een gevoelig verhaal vraagt om gevoe- lige tekeningen. Alles in dit boek is handwerk, en dat is vandaag niet meer vanzelfsprekend. De gevoeligheid lees je in elke trilling van mijn lijnvoering. Dat menselijk aspect vond ik heel be- langrijk. Verder koos ik voor een eenvoudige techniek die niets verbergt: vulpot- lood, ingekleurd met een paar laagjes ecoline. Er is geen computer aan te pas gekomen. Alles in dit boek is open en bloot, soms letterlijk. Omdat ik dezelfde techniek gebruikte voor beide ‘werel- den’ is het ondanks het contrast toch een samenhangend geheel. Balanceren Het is een autobiografisch verhaal, was het niet moeilijk om de juiste toon te vinden? Eerst een misverstand voorkomen ;-) Slechts een klein gedeelte van Een kind van klei is autobiografisch. Ben lijkt fysiek en qua karakter als twee drup- pels water op mij, toch staat wat Ben en Mina meemaakten ver af van onze ervaringen. Bij ons verliep de behandeling relatief vlot. De vele mislukte pogingen, de miskramen, dat hebben wij gelukkig niet meegemaakt. Maar rondom ons heb ik veel gezien en gehoord – bij familie, vrienden, in de media – dat is blijven nazinderen. Ik heb onze erva- ringen vermengd met de verhalen van anderen, en daar heb ik mijn fantasie op losgelaten. De gebeurtenissen en personages die je in het boek vindt, zijn dus meestal fictief. Een boek maken over zo’n gevoelig the- ma is balanceren op een slappe koord. Het wordt snel melig of een rondje zelfbeklag. Ik wilde zo direct, gedetail- leerd en genuanceerd mogelijk zijn. Dat probeer ik met dialogen die je op straat zou kunnen oppikken, situaties die uit het leven gegrepen zijn. Je moet vrij ex- pliciet zijn. Laten zien, zonder verbloe- ‣ Voorbereidende schetsen voor Een kind van klei . © 2024 – Standaard Uitgeverij door Benjamin Leroy

RkJQdWJsaXNoZXIy MjQ0MTM=