STRIPMUNK 10 | AUG-OKT '23

Influencers Merho, je hebt zelf zoveel stripauteurs begees- terd en beïnvloed, maar wie waren de personen die jou geïnspireerd hebben? Broeder Adriaan Mijn leraar Nederlands in de drie hoogste jaren van de humaniora. Die man gaf me bredere inzichten. Hij legde voortdurend verbanden tussen lite- ratuur en andere kunstvormen zoals muziek, plastische kunsten en film. Hij nam ons mee naar tentoonstellingen, liet ons luisteren naar Bach in jazzuit- voering en leerde ons de schoonheid van gregoriaanse muziek kennen. Als hij de 18de-eeuwse schelmenroman behandelde, haalde hij er het toen net verschenen schandaalboek Ik, Jan Cremer bij. Niet evident in een katho- lieke school. Dat boek stond trouwens zeer prominent in zijn bibliotheek. Daar hing ook een reproductie van de Madonna van Fouquet, nu het pronk- stuk van het KMSKA, waarmee ik door hem halverwege de jaren zestig al kennis maakte. Ome Hein De oudste broer van mijn vader was het buitenbeentje van de familie. De rijke nonkel die het met hard werken en een feilloos zakelijk instinct gemaakt had. In Of moet ik er een tekeningetje bij ma- ken kom ik daar uitgebreid op terug. Hij begon als verkoper in een schoenwin- kel en eindigde als distributeur voor de Benelux van Italiaanse schoenmerken. Hij woonde in een villa in Groenendaal op een boogscheut van Marc Sleen, terwijl wij in een modaal appartementje huisden en mijn ouders iedere cent moesten omdraaien. Zoals hij kon het dus ook. Toen ik een vaste job bij Vandersteen wilde opgeven voor het avontuur van een eigen stripserie, pro- beerde mijn omgeving me daar langs alle kanten van te weerhouden. Maar hij steunde me voor honderd procent, vond dat de rest een fout advies gaf en pushte me om door te zetten. Willy Vandersteen Zijn strips, samen met die van Sleen en Hergé, kleur- den mijn jeugd en gaven me zin om zelf zoiets te proberen. Later zette ik mijn eerste professionele stappen in zijn Studio. Vijf jaar lang zag ik hem dagelijks aan het werk. En daarvan heb ik veel meer opgestoken dan van mijn tijd op Sint-Lucas. Zijn manier van vertellen sloot ook heel nauw aan bij wat ik zelf wilde doen. Als het op scenario’s aankwam, voelden we elkaar perfect aan. Veel later heeft men weleens geschreven dat Merho de enige echte geestelijke erf- genaam is van Vandersteen. En ik denk zelf ook dat dit zo is. Toon Hermans Ome Hein bracht de eerste live lp’s van Toon Hermans mee uit Nederland. Dat was een revelatie. Een beschaafde heer die zeer spitsvondig speelde met taal. Iets heel anders dan de komieken die ik tot dan toe zag op bonte avonden. Toon opende voor mij de poort naar het Nederlands cabaret. Door hem leerde ik zijn generatie cabaretiers kennen en alles wat er op volgde. Dat was zeer bepalend voor de humor die ik in mijn strips bedrijf. Ria Zij is al bijna vijftig jaar mijn geliefde vrouw. Zij heeft me altijd onvoorwaar- delijk gesteund in alles wat ik deed, ook op momenten dat het werk op de eerste plaats kwam. Tot vandaag de dag werkt zij nog altijd daadwerkelijk mee. Jarenlang verzorgde ze het letteren en de inkleuring. Ze doet nog steeds de administratie en de boekhouding. Kortom, alle saaie klussen die ik niet leuk vind. Door haar heb ik me meer dan 46 jaar lang zorgeloos in mijn speeltuin kunnen amu- seren met het maken van verhalen. Haar bijdrage aan de Kiekeboes kan niet genoeg benadrukt worden.  DE INFLUENCERS VAN MERHO MERHO Of moet ik er een tekeningetje bij maken? HC | 304 pag. | € 27,99 | 23 aug © 2023 Standaard Uitgeverij. “De strips vanWilly Vandersteen, samen met die van Sleen en Hergé, kleurden mijn jeugd.” 9